De droom over de imam (1)
Dromen zijn geen bedrog. Zij schenken een rijkdom die we vaak niet zien. De taal van ons binnenste vinden we moeilijk te verstaan. Dromen heeft ook veel gemeen met bidden. Zowel bidden als dromen kan mensen in contact brengen met het grote Geheim dat ik God noem. In beiden komen het verlangen van de menselijke ziel én de geestkracht van God tot uitdrukking. Dromen vertaalt de liefde van het hart naar het hoofd.
Dromen doen we allemaal. In meerdere berichten op mijn site wil ik de taal van de dromen verhelderen. Dit is het eerste deel (1) van een eenvoudige droomuitleg. Eenvoudig, omdat ik een concrete aanpak wil geven om de betekenis van dromen te verstaan. Belangrijke dromen schrijf ik op. Meestal houd ik ze voor mij zelf en mijn vrienden. Maar deze droom krijgt een breder publiek, omdat er zoveel religieuze boodschappen in zitten:
Ik droom dat ik op reis ben door Marokko. Ik loop door kleine straatjes op zoek naar de plaatselijke moskee. De straten zijn zanderig met rotsig kasseien. Ik moet uitkijken dat ik niet onderuit ga. Via een binnenhof loop ik een gigantische koepelruimte binnen. Eindelijk de gezochte moskee. Moslims zijn in groepjes aan het bidden en praten. Een zacht blauw licht hangt er in een hemelse ruimte. Dat komt van de vele blauw geschilderde lettertekens aan de muren.
In de zuilengang rond de koepel zie ik een imam die aan het joggen is. Hij draagt een lichtgrijze joggingbroek en sweater. Ik versnel en ga naast hem lopen. Ik hoor hem woorden prevelen, iets over God en eeuwigheid. Wat hij precies zegt, kan ik me niet meer herinneren.
In mijn beste Frans spreek ik hem aan. Ik vraag hem of hij de lokale imam is van deze prachtige moskee. In vloeiend Nederlands antwoordt hij dat hij niet van deze moskee is. Net als ik is hij op vakantie. Hij komt uit Nederland en is een heuse Nederlandse imam. Ik stel mijzelf voor als een echte Nederlandse rooms-katholieke pastor.
“Dat is wel bijzonder,” reageert hij: “een Nederlandse pastor en imam in een Marokkaanse moskee.”
“Ik hoorde u praten. Mag ik u een vraag stellen?” spreek ik bescheiden.
“Natuurlijk,” zegt hij: “maar eerst wil ik een potje vechten met u.”
“Vechten?” vraag ik.
“Niet vechten op leven en dood natuurlijk; nee een potje stoeiend vechten.”
Dat doen we. Met schijnbewegingen en gestoei vechten we. Telkens wanneer de een het sterkste lijkt, laat hij de ander weer winnen. En veel moslims in de moskee komen in een kring rondom ons staan en kijken nieuwsgierig wat er gebeurt.
We worden vermoeid, stoppen en dan kan ik mijn vraag stellen:
“Wat vindt u: heeft de mens een eeuwige ziel?”
“Dat zal ik uitleggen, kom maar mee.” antwoordt hij bedachtzaam na enige tijd. Hij neemt mij mee naar een muur aan de binnenkant van de moskee. De muur is volledig beschilderd met mooie kalligrafische, Arabische letters. Ik moet met mijn rug strak tegen de muur gaan staan. Alsof hij mijn lengte wil weten en aftekenen op de muur. Hij legt een koran op mijn hoofd en kijkt naar de letters die precies boven het boek in de muur geschreven stonden.
“Hier staat geschreven:” zegt hij “het is God die over de eeuwigheid beschikt. Aan God is het om eeuwigheid te verlenen.”
“Dat is wel een erg katholiek antwoord.” geef ik hem terug: “Daar kan ik mij helemaal in vinden. Mag ik u dan nog een vraag stellen?”
“Ja, zeker.”
“Kan God zich schamen? Wat denkt u?”
Ook nu moest de imam even nadenken voor hij zei: “Ja dat denk ik wel.”
“Wanneer schaamt God zich dan?”
“Als hij iets verkeerds heeft gedaan.”
“Wanneer dan?” vraag ik daarop.
“Dat moet je aan God vragen.” antwoordt de imam.
“Leuk met u gesproken te hebben.” bedank ik hem.
“Dat moeten we meer doen, als we terug zijn in Nederland zijn!” eindigt hij glimlachend.
Wat deze droom voor mij betekent, moet ik zelf ontdekken. Uitzonderingen daargelaten, geloof ik niet in waarzeggers die dromen kunnen uitleggen. Natuurlijk kunnen anderen mij helpen door aandachtig te luisteren naar mijn droom. Maar uiteindelijk kan alleen ikzelf de betekenis van mijn droom vinden. De dromer zelf blijft de deskundige. Voor de lezer zal deze droom niet meer of minder zijn dan een kort en vreemd verhaal.
En tipje van de sluier: deze droom kreeg ik in een periode waarin ik mij verdiepte in de soefi-mystiek van Rumi. Ik had juist een interessante biografie gelezen over deze beroemde moslim filosoof en dichter (1207-1273). Blijkbaar raakte het mij van binnen meer dan ik me bewust was. In dezelfde tijd had ik beroepshalve contact met een Turkse imam. Ik was teleurgesteld dat hij weinig belangstelling kon opbrengen voor deze mystiek. De droom liet mij onder meer beseffen hoe wij beiden naast en om elkaar heen draaiden en niet echt met elkaar in gesprek gingen. Ik bleef een pleitbezorger voor meer inhoudelijke religieuze dialoog.
De betekenis van dromen (1)
Dromen spelen een belangrijke rol zowel binnen religies als voor de persoonlijke spirituele ontwikkeling. Daarom heb ik mij als pastor in de werking van droombeelden verdiept. In mijn pastorale werk stimuleerde ik mensen om hun dromen op te schrijven en samen te bespreken. Dat leverde belangrijke inzichten op. Een droom die niet wordt uitgelegd, is als een brief die niet gelezen wordt, zegt de joodse Talmoed.
De belangrijkste basisregel bij de uitleg van dromen is: probeer niet te verklaren, maar om een droom opnieuw te beleven. Daarmee bedoel ik dat het geen zin heeft om een droom als een idee te onderzoeken en van commentaar te voorzien. Pas wanneer je een droom opnieuw beleeft, komen betekenissen vaak ‘als van zelf’ naar boven. Dat noem ik de geestkracht die in het binnenste van elke mens huist. Dromen verklaren zichzelf. De droom is zijn eigen uitleg, zegt alweer de joodse Talmoed.
Wat gebeurt er precies in de droom? Probeer elk droombeeld zo nauwkeurig mogelijk te beschrijven. Hoe sterker dat gebeurt, hoe beter je opnieuw de droom beleeft. Wat wil de droom aan jou vertellen? Dat is een goede benadering, want voor je het weet ga je allerlei verklaringen op de droom plakken. In die zin kunnen anderen, buitenstaanders, ook nooit jouw droom uitleggen. Alleen de dromer zelf kan de betekenis verstaan.
Dromen zijn als goede gedichten. Een gedicht lezen betekent immers ook de tekst tot je door laten dringen en eigen maken. Alsof de lezer zelf in het gedicht zit. De lezer wordt als het ware de witruimte naast de letters. Dan gaat een gedicht pas leven. Zo werkt een droom ook. De schrijver en Nobelprijswinnaar Elias Canetti: “Al die dingen die je vergeten bent, roepen om hulp in je dromen.”
In de wetenschap zijn vooral Sigmund Freud en Carl Gustav Jung bekend geworden met hun onderzoek naar de betekenis van dromen. Sigmund Freud is een van de eerste psychiaters die zich grondig verdiepte in de werking van dromen. Zijn standaardwerk, Die Traumdeutung uit 1900 heb ik tijdens mijn theologiestudie met veel plezier bestudeerd. ‘Varkens dromen van eikels, ganzen van maïs en kippen van gerst.’ schrijft hij. Wat we van Freud kunnen leren is dat dromen onze eigenlijke wensen en verlangens laten zien. Dromen richten onze aandacht op dingen die we overdag niet goed inzien en waar we wel echt mee bezig zijn. Zij verklappen onze diepste geheime wensen. Voor Freud hebben die diepste verlangens vooral met seksuele driften te maken.
Carl Gustav Jung heeft zijn ideeën over dromen aangepast. Het zijn niet alleen seksuele driften die een rol spelen. Voor Jung zijn dromen vooral een manier om te communiceren met de diepste lagen van het menselijk bewustzijn. Daardoor helpen zij de mens om zich te ontplooien. Vooral bij innerlijke spanningen kunnen dromen een rol spelen om een nieuwe, positieve richting te vinden. Hoe werkt dat volgens Jung? Een droom geeft namelijk informatie door over de schaduwzijde van een mens. De schaduwzijde vertegenwoordigt de afgewezen aspecten van een persoon die hij niet wenst te erkennen, liever niet wil zien of weten. Pas wanneer hij bewust wordt van die schaduwzijde en niet meer op anderen projecteert, dan kan hij die in zijn leven integreren, veranderen of loslaten. Het uitwerken van dromen kan dus helpen om een antwoord te vinden voor een probleem of uitdaging waarmee we geconfronteerd worden in ons wakkere leven. Wanneer we ergens mee zitten, helpt het echt om er eens een nachtje over te slapen.
Een andere belangrijke ontdekking van Jung is dat veel terugkerende elementen in dromen overeenkomen met de grote thema’s van mythes en godsdiensten. Bijbelse dromen, Mohammed die via dromen de Koran doorkrijgt, boeddhistische droomtradities, de droomwerelden van Native Americans, de groene mieren van de Aboriginals die blijven dromen, enzovoort. Dromen hebben dus ook te maken met spirituele groei.
Tenslotte noem ik nog een psychologische benadering die mij geholpen heeft bij de uitwerking van dromen. De psychologie van de Gestalt heeft duidelijk gemaakt dat droombeelden ook heel lijfelijk zijn. Gestalt ziet de mens als eenheid: een samenhang van lichaam en geest, van individu en contacten, van persoonlijk en politiek. Dromen vinden hun oorsprong niet enkel in de fantasie van het verstand, maar komen voort uit het geheel van lichaam, geest, gevoelens, werk, relaties, enz. Een nachtmerrie maakt nat van het zweet. Het vallen in een droom kan duizelingwekkend zijn. Dood voelt echt aan als dood. Vaak worden dromen ervaren als echter dan echt. Juist deze holistische visie van de Gestalt motiveert om dromen niet enkel theoretisch te willen duiden. Juist het opnieuw beleven van een droom kan meerdere betekenislagen van een droom onthullen.
(wordt vervolgd)