Pablo Neruda: Stil blijven
Stil blijven
Nu zullen we tot twaalf tellen
en dan blijven we allemaal stil
voor één keer op deze aarde,
laten we in geen enkele taal spreken;
laten we een tel stilhouden
en onze armen amper bewegen.
Zo’n moment zou lekker ruiken,
zonder haast, zonder machines;
we zouden allemaal samen zijn
in een plotselinge vreemdheid.
De vissers van de koude zee
ze zouden de walvissen geen kwaad doen
en de man die zout bijeengaart,
ik zou niet naar zijn gebroken handen kijken.
Zij die groene oorlogen voorbereiden,
oorlogen met gas, oorlogen met vuur,
overwinningen zonder overlevenden,
zij zouden een net pak aantrekken
en met hun makkers rondwandelen
in de schaduw, niets doen.
Wat ik wil mag je niet verwarren
met de allerlaatste passiviteit:
leven, daar draait het allemaal om.
Ik wil niets met de dood.
Als wij niet zo blind gericht zouden zijn
op het in beweging houden van ons leven
en misschien voor één keer niets doen,
misschien dat dan een grote stilte
deze treurnis kan onderbreken,
dit steeds maar niet kunnen begrijpen
en deze bedreigingen van de dood.
Misschien zal de aarde het ons leren
als alles dood lijkt
en alles levend blijkt te zijn.
Nu tel ik tot twaalf
en jij houdt je stil en ik ben weg.
Pablo Neruda
Keeping Quiet, 1958
© Vertaling Adrie Lint
uit Extravagaria, A Bilingual Edition by Pablo Neruda and Alastair Reid (Translator), Noonday Press, 2001