Witte Donderdag: Dit is mijn Lichaam
Meditatie no 5
Overal op de wereld bestaan kleinschalige christelijke gemeenschappen;
mensen die willen leven als christenen
zonder dat zij bij een kerkgenootschap willen horen.
Soms zijn het mensen die de traditionele kerken hebben verlaten
en opnieuw willen beginnen zonder de regels en instituties.
En ook mensen die nooit verbonden waren met een kerk,
maar geraakt zijn door het leven van Jezus van Nazareth.
Voor een gemeenschap in Ierland heeft Cora Holmes deze schildering gemaakt.
Zo ongeveer moeten de leerlingen van Jezus bij elkaar gegeten hebben.
Vrouwen, mannen, kinderen, misschien ook wat dieren.
Voor een laatste maal komen ze samen, vlak voor hij moet sterven.
Het wordt een gedenkwaardige maaltijd.
Vaak herinneren we ons nog de laatste keer
hoe we met een gestorvene gegeten hebben.
Jezus neemt het brood in zijn handen en zegt:
“Dit is mijn lichaam.”
Wat bedoelt hij dan precies met “dit”?
Heeft hij het over het ongedesemde brood dat de joden met Pasen eten?
Of bedoelt hij het samen delen, dat je met elkaar doet?
Of bedoelt hij de groep, de kring, de gemeenschap die samen aan tafel zit?
Of verwijst hij naar Gods Liefde?
Het blijft een wonderlijke uitspraak van Jezus,
laten we het een mysterie noemen.
Op veel manieren te beschrijven, misschien ook zo…
Jezus geloofde heel sterk in de samenhang van alles wat leeft:
de natuur, bloemen, bomen, dieren, de mensen en samenleving en God.
Allemaal hebben zij dezelfde ziel,
allemaal hebben zij die vonk van God, zei hij.
Dragen de levensadem van God.
Wanneer je in de natuur zomaar een bloem kapot trapt,
maak je iets van de ziel van het leven kapot.
Als je een hond nodeloos een trap geeft,
trap je op de ziel van het leven.
Wanneer een oud en monumentaal gebouw gesloopt wordt,
wordt er ook een stukje ziel van de stad afgebroken.
Zet je iemand voor schut, dan doe je die ander onrecht aan
en tegelijk doe je het leven onrecht aan.
Zo heeft armoede te maken met onrecht en liefdeloosheid,
omdat het rijke en machtige één ten koste gaat van een ander.
Want: alles hangt met alles samen.
Vóór zijn sterven, bij die laatste maaltijd
voelt Jezus zijn afscheid al aan:
Jezus breekt het brood en deelt ervan.
Hij zegt: je hoeft niet bang te zijn dat ik vermoord word,
want jullie kunnen blijven delen zoals ik het gedaan heb.
Jullie blijven met mij verbonden;
mijn ziel, mijn kern krijgen ze niet kapot,
net zoals ze dezelfde ziel van dit brood ook niet kunnen pakken.
Mijn lichaam is als brood dat jullie nu van mij krijgen,
een teken van onze verbondenheid die altijd zal blijven.
Telkens als je dit brood deelt en eet met elkaar,
kun je weer de ziel van het bestaan ervaren,
die gedrevenheid om te delen,
diezelfde levensziel die ook in mijn lichaam huist.
En als je deelt blijf ik in leven,
is Gods Liefde erbij.
En Jezus heeft zijn leven, zijn ziel gedeeld,
juist met mensen die door de samenleving terzijde waren geschoven:
weduwen, wezen, armen, wie gediscrimineerd werden,
Samaritanen, vrouwen, moordenaars.
Zo wordt het laatste avondmaal een heilige uitnodiging
om het brood, het leven te delen met mensen die buitengesloten worden.
De Zweedse fotografe Elisabeth Ohlson maakte in 1998 deze foto (Communio).
Het is een onderdeel van de foto-tentoonstelling Ecce Homo
en toont Jezus in gezelschap van LGBTQ-mensen en wekte zeer sterke gevoelens op.
De expositie vond plaats in de kathedraal van Uppsala,
wat resulteerde in een bommelding, demonstraties en doodsbedreigingen.
Later trok de tentoonstelling door diverse steden.
Elisabeth Ohlson zei zelf over haar fotoserie:
“Dit is een hulde – om het onrecht goed te maken tegenover hen
over wie een aantal mensen zich schamen.
Want zij bestaan, de travestieten,
helemaal onderaan de ladder van de homoseksuele hiërarchie.
Jezus heeft vele maaltijden gedeeld met mensen die onaanvaardbaar waren.
Voor mij was Jezus een rebel die aan de zijde durfde zitten van de kwetsbaren.
Schoenen . . . !?
Iemands lijden dragen is in zijn schoenen gaan staan.”
De evangelielezing van vandaag: uit Johannes 13, 1-15.
Het paasfeest was op handen.
Jezus, die wist dat zijn uur gekomen was
om uit deze wereld over te gaan naar de Vader
en die de zijnen in de wereld bemind had,
gaf hun een bewijs van zijn liefde tot het uiterste toe.
Het avondmaal was begonnen.
De duivel had reeds aan Judas Iskariot, de zoon van Simon,
het plan ingegeven om Hem over te leveren.
In het bewustzijn dat de Vader Hem alles in handen had gegeven
en dat Hij van God was uitgegaan en naar God terugkeerde,
stond Hij van tafel op, legde zijn bovenkleren af,
nam een linnen doek en omgordde zich daarmee.
Daarop goot Hij water in het wasbekken
en begon de voeten van de leerlingen te wassen
en ze met de doek waarmee Hij omgord was af te drogen.
Zo kwam Hij bij Simon Petrus,
die echter tot Hem zei: “Heer wilt Gij mij de voeten wassen?”
Jezus gaf hem ten antwoord:
“Wat Ik doe begrijpt ge nu nog niet, maar later zult gij het inzien.”
Toen zei Petrus tot Hem:
“Nooit in der eeuwigheid zult Gij mij de voeten wassen!”
Jezus antwoordde hem:
“Als gij u niet door Mij laat wassen, kunt gij mijn deelgenoot niet zijn.”
Daarop zei Simon Petrus tot Hem:
“Heer, dan niet alleen mijn voeten, maar ook mijn handen en hoofd.”
Maar Jezus antwoordde:
“Wie een bad heeft genomen,
behoeft zich niet meer te wassen (tenzij de voeten),
hij is immers helemaal rein.
Ook gij zijt rein, ofschoon niet allen.”
Hij wist immers wie Hem zou overleveren.
Daarom zei Hij: “Niet allen zijt gij rein.”
Toen Hij dan hun voeten had gewassen,
zijn bovenkleren had aangetrokken en weer aan tafel was gegaan,
sprak Hij tot hen: “Begrijpt gij wat Ik u gedaan heb?
Gij spreekt Mij aan als Leraar en Heer,
en dat doet gij terecht, want dat ben Ik.
Maar als Ik, de Heer en Leraar, uw voeten heb gewassen,
dan behoort ook gij elkaar de voeten te wassen.
Ik heb u een voorbeeld gegeven, opdat gij zoudt doen zoals Ik u gedaan heb.
Bron
Meer werk van Elsabet Ohlson is te zien op haar website. De tekst van haar zelf vond ik in het fraaie boek van Peter Schmidt, In de handen van mensen. 2000 Jaar Christus in kunst en cultuur. Davidsfonds, Leuven 2000. De grote uitgave (dus niet de paperback) heeft veel fraaiere afbeeldingen.
De Willibrordvertaling uit 1975 kan online gelezen worden. Het is de bijbelvertaling uit mijn studietijd die ik trouw ben gebleven. Mede door de prachtige psalmvertaling van van Ida Gerhardt en Marie van der Zeyde.